Corona legt de wereld (en ook het werk van GetOud) grotendeels stil. 70-plussers zijn een kwetsbare groep. We vragen hen hoe zij deze tijden beleven.  

Piet

81, alleenstaand, woont in een woonzorgcentrum.

In maart interviewden we Piet (81), zie het verhaal onderaan. In deze update vertelt Piet hoe het nu met hem gaat.

Gezelligheid op de gang

We zitten nog steeds vaak met elkaar op de gang, dat is altijd gezellig. Zeker als ik erbij ben. Maar nu is de gang leeg, ze zijn boven in het restaurant en nemen afscheid van iemand van de activiteitenbegeleiding. Ik ben niet uitgenodigd voor het afscheid. Boven kom ik nooit. Al hadden ze me uitgenodigd, dan was ik niet gegaan.

1,5 meter van elkaar

De afgelopen periode heb ik langs me heen laten gaan. Krijg je het, dan krijg je het. Kijk we moeten 1,5 meter van elkaar afzitten, maar als ze me wassen en douchen zitten ze aan me. En als ze bij mij klaar zijn, gaan ze naar de buurvrouw. Inmiddels mogen ze zelf weten of ze een mondkapje gebruiken. De een doet het wel, de ander niet. Van mij hoeft het niet, nee ik ben 81 als ik het krijg, dan ben je mij kwijt. Maar onder elkaar zitten we altijd 1,5 meter bij elkaar vandaan.

We zijn er hier heel goed doorheen gekomen, niemand heeft iets gehad, dus dat is wel lekker. Als dat anders was geweest zouden we niet meer op de gang mogen komen en zaten we opgesloten in onze kamers.

Mijn zus is weer geweest

Een paar weken geleden is mijn zus voor het eerst weer op visite geweest. Eerst twee keer op woensdagmiddag van twee tot half vier. Zij moest een mondkapje dragen, ik niet. Ik kreeg koffie, zij niet. Nu mag ze weer gewoon op mijn kamer komen. Maar dan moet ze beneden wel haar naam, telefoonnummer en handtekening zetten, want als er wat gebeurt dan kunnen ze de mensen altijd opbellen.

Verhuizen

Binnenkort ga ik misschien wel naar een ander tehuis. Hier wordt het volgend jaar gerenoveerd en ze hebben al gezegd: ‘Als je iets anders kunt vinden, dan moet je gaan.’ Mijn zus zei al dat ik maar bij hen moest komen. Mijn indicatie is van 4 naar 6 gegaan. Afgelopen donderdag hebben we de formulieren ingevuld en vandaag zijn we al gebeld dat er een kamer vrij is. Morgen gaat mijn zus met haar dochter kijken en als het hen bevalt, ga ik kijken. Ik wil het zelf ook zien. Misschien zeg ik wel dat ik het niets vind, dan ga ik niet.

 


 

Dagelijks leven
Kijk, wij komen nu niet buiten, maar ik kwam toch al niet buiten. Voor hen die nog wel buiten kwamen, is het veel moeilijker. Wij vermaken ons de hele dag op de gang. Daar zitten we met een man of vijf met telkens 1,5 meter ertussen. ’s-Morgens een paar uur en ’s-Middags ook. Normaal zaten we alleen op dinsdag op de gang om koffie te drinken en nu dus iedere dag. Met de mensen onder elkaar is het nu leuker dan het voorheen was. We zien elkaar veel meer. Zojuist ook nog, ik ging op de gang zitten, kwam er een buurman om het hoekje kijken die zegt: ‘Piet, je zit er, gezellig, ik kom ook.’

Mijn zus kwam drie keer per week, zij komt nu niet meer. Haar man is oud en ziek, dus zij blijft ook binnen. Mijn schoonzus belt me vaak. Ze is 92 en woont ook in een verzorgingshuis en dan heb ik nog een zwager. Verder heb ik niet veel mensen meer om mij heen, ze zijn allemaal overleden.

Verplegend personeel
Onder het verplegend personeel merk ik niets van corona. De zuster zei vanmorgen nog: ‘Gelukkig hebben wij niemand met corona’. Ze vertelde wel dat ze buiten het werk om zo veel als mogelijk thuisblijft. Ze zijn allemaal lief en aardig, zoals altijd. Ze komen soms ook gezellig bij ons zitten. Vandaag zei ik tegen de zuster die mijn ogen kwam druppelen: ‘Zuster 1,5 meter bij mij vandaan’ ze zegt: ‘Ja dan druppel ik je ogen ook niet’.

Buitenwereld
Het is een dooie boel op TV, ik vind er niets aan. Vandaag deed ik hem aan en hoorde ik weer zoveel doden. Je kunt hem niet aanzetten of ze hebben het over het coronavirus. En de leuke programma’s hebben geen publiek. Ik kijk graag naar Voetbal Inside, maar daar mag nu ook geen publiek meer bij. Die gasten maken gein onder elkaar en het publiek moet altijd lachen, nu is het stil.

Angst
Het is een enge tijd, je weet niet hoe lang het nog gaat duren. Als het zover komt dat het virus in het huis komt, mag je je kamer niet meer uit. Bang ben ik niet. Ik weet niet hoe het komt, maar ik maak me echt niet druk. Het dringt niet tot mij door. Misschien komt het omdat ik al een hoop heb meegemaakt. Ik ben al een keer opgegeven en toen heb ik alles van mij afgegooid. Als ik het krijg, dan weet ik dat het elk ogenblik met mij is gebeurd.

Positief
Alle acties die er nu zijn, zijn prachtig. Wij hebben al twee keer een bos bloemen gehad en een keer taart. Er zijn mensen die helemaal zonder hulp zitten, daar gaan ze boodschapjes brengen. Ik heb een hele lieve broeder Lahlou en die doet de boodschapjes voor mij. Dat doet hij in zijn vrije tijd. Heeft hij een middagdienst dan gaat hij voor zijn dienst eerst nog even naar de supermarkt. Het is echt een hele lieve man hoor! Hij heeft net een paar nachtdiensten gehad, maar gelukkig komt hij morgen weer. Hij vermaakt de boel.